Toen ik mijn rondreis van 2 maanden door Indonesië aan het voorbereiden was, stond Sumatra best hoog op mijn bucket list, vanwege de kans op het spotten van orang-oetans. Voor mij stond het dus vrij zeker vast dat ik dit eiland zou toevoegen aan mijn route. Sumatra bevindt zich vlakbij Singapore en Maleisië en is daarom vrij gemakkelijk te bereiken vanaf deze landen. Zo vloog ik na een paar dagen Singapore in minder dan 1,5 uur naar Medan wat het begin was van mijn reisroute in Noord-Sumatra.
Sumatra is groot, behoorlijk groot zelfs. Het Indonesische eiland is met zo’n 470.000 km² zelfs het op vijf na grootste eiland ter wereld. Om het grootste gedeelte van het eiland te zien heb je dus al zeker een paar weken nodig. Omdat ik graag meer van Indonesië wilde zien, besloot ik om alleen het noorden te bezoeken.
Reisroute Noord-Sumatra
Medan ➤ Bukit Lawang ➤ Berastagi ➤ Lake Toba ➤ Medan
Je kunt deze reisroute trouwens ook prima andersom doen.
Medan
Medan is de plek waar mijn reisroute door Noord-Sumatra startte en de kans is groot dat jouw reisroute hier ook zal starten. Medan is namelijk de hoofdstad van de noordelijke provincie en beschikt over een van de grootste luchthavens van Indonesië.
Medan is een drukke en ongezellige stad. Het wordt daarom ook aangeraden om er niet te lang te blijven en indien mogelijk direct door te reizen naar je volgende bestemming. Dat is ook precies wat ik deed; nadat ik was aangekomen in Medan reisde ik direct door naar Bukit Lawang met een taxi.
Op Medan Airport kun je direct een sim-kaartje kopen als je dat zou willen. Omdat ik direct doorreisde vond ik dat wel handig. In Bukit Lawang zijn zover ik wist namelijk geen sim-kaartjes te koop. Ik koos voor Telkomsel, één van de beste maar ook iets prijzigere maatschappijen. Kosten voor een kaartje van 1 maand zijn 180.000 IDR voor 6 GB en 220.000 IDR voor 15 GB.
Bukit Lawang
Ik was dus eigenlijk pas net aangekomen in Indonesië en ik bevond me nu al middenin de jungle, in Bukit Lawang. Bukit Lawang is een schattig dorpje naast de rivier. Het staat bekend om de grootste dierenreservaat van de Sumatraanse orang-oetan. Er bevinden zich ongeveer 5.000 van deze prachtige dieren in het gebied. Daarnaast is Bukit Lawang één van de beste toegangspoorten tot het Gunung Leuser National Park.
Kies een goede reisorganisatie in Bukit Lawang voor een gave trip. Ik raad minimaal een 2-daagse trip zeker aan. Je slaap dan een nachtje in de jungle in een kamp wat ik een hele gave ervaring vond. Ja, natuurlijk ook een beetje oncomfortabel, maar dat hoort erbij.
Je leest hier alle tips en info over een jungletrekking in Bukit Lawang.
Berastagi
Berastagi is een hoger gelegen dorp tussen Medan en Lake Toba. Berastagi staat bekend staat om de Gunung Sibayak (2212 meter) en Gunung Sinabung (2460 meter) vulkanen die zich in de omgeving bevinden. Omdat het dorp een stuk hoger ligt dan de meeste plaatsen tijdens de reisroute door Noord-Sumatra, is het meenemen van warmere kleding aangeraden.
Tijdens mijn bezoek aan Berastagi beklom ik de Sibayak vulkaan op eigen houtje. Het was de eerste vulkaan ooit die ik beklom en ik was erg onder de indruk. Ik vond het gaaf om te zien met hoeveel kracht en lawaai de zwavel uit de grond spoot.
Je kunt hier alles lezen over tips en bezienswaardigheden in Berastagi.
Daarnaast is de Sipiso Piso waterval een hele grote aanrader. Deze 120 meter hoge waterval bevindt zich vlakbij het Lake Toba waardoor het een perfecte bezienswaardigheid is voor onderweg. Ik nam daarom ook met drie andere backpackers een taxi richting Lake Toba met als tussenstop de Sipiso Piso waterval. Onderweg stopten we ook nog bij een viewpoint.
Vanaf Berastagi reisde ik door naar Lake Toba. Ik huurde samen met 4 anderen een taxi en we bezochten samen de 120 meter hoge Sipiso Piso waterval onderweg. Omdat het Onafhankelijkheidsdag was, moesten we al vroeg op pad om de grootste drukte voor te zijn. We betaalden 700.000 IDR voor de taxi (wellicht is het normaal gesproken goedkoper). De rit van Berastagi naar Parapat (de haven) duurde ongeveer 4 uur.
Lake Toba
Vanaf Parapat neem je eenvoudig de boot naar Samosir eiland in Lake Toba (ook wel Danau Toba). Het Toba meer is een kratermeer en is met zijn 1146 km² het grootste meer van Zuidoost-Azië. De plaats Tuktuk is een populaire bestemming op het eiland waar zich de meeste accommodaties bevinden.
Op Samosir eiland vind je de traditionele Batak huizen. Op sommige plekken kun je ervoor kiezen om in zo’n traditioneel huis te overnachten.
De beste manier om Samosir eiland te ontdekken is door het huren van een motorbike/scooter. Voor 100.000 IDR huur je er een voor een hele dag.
Ook rond Lake Toba ligt de temperatuur iets lager dan gemiddeld, maar de temperatuur is nog steeds erg aangenaam.
Na mijn bezoek aan Lake Toba reisde ik weer terug naar Medan en vloog ik naar Jakarta waar ik mijn reisroute over Java begon. De shared taxi kostte 120.000 per persoon van Parapat naar Medan Airport.
Alternatieve reisroute (Noord)-Sumatra
Je zou er ook voor kunnen kiezen om verder te reizen naar het zuiden vanaf Lake Toba en uiteindelijk te eindigen in Padang. Je route zou dan ongeveer zo worden:
Medan ➤ Bukit Lawang ➤ Berastagi ➤ Lake Toba ➤ Sipirok ➤ Bukittinggi ➤ Padang. Vanaf Padang vlieg je vrij eenvoudig naar andere bestemmingen in Indonesië, zoals Java.
Daarnaast zou je ook Pulau Weh in het uiterste noorden aan je reisroute door Noord-Sumatra kunnen toevoegen. Je reisroute zou dan bijvoorbeeld als volgt worden:
Medan ➤ Lake Toba ➤ Berastagi ➤ Bukit Lawang ➤ Ketambe ➤ Banda Aceh ➤ Pulau Weh.